Als het waterstofatoom zo groot als de Sint-Pieter kathedraal zou zijn zou dat ene elektron ergens bij het plafond uithangen en de atoomkern zou een vlieg zijn. Met het gewicht van de Sint-Pieter. We hebben geen flauw benul van de werkelijke verhoudingen. Te onvoorstelbaar.

De zon bevat 99,86% van de totale massa van ons zonnestelsel. Onze enorme aarde waar al ons gedoe zich afspeelt is niet meer dan een vliegenpoepje in ons zonnestelsel. Stelt echt niks voor.

Het atoom is 10.000 tot 100.000 keer zo groot als de atoomkern. Tussen de atoomkern en de ‘schil’ (die bol waar je het elektron soms -misschien- kunt vinden) zit niks. Pure leegte.

De lengte van een mens ligt in de orde van meters, de omvang van de aarde in de orde van duizenden kilometers, de grootte van de zon in de orde van miljoenen kilometers, de afstand aarde-zon in de orde van honderden miljoenen kilometers. En een lichtjaar is 100.000 keer zo ver als de zon. Onvoorstelbaar.

Stel dat de Zon met een diameter van 14 meter op het Domplein van Utrecht ligt, dan ligt Mercurius op 580 meter afstand op het Vredenburg. Mercurius is dan maar 5 centimeter groot. Venus bevindt zich ter hoogte van de Jaarbeurs (1,1 km afstand) en is 12 centimeter groot. De Aarde ligt op de Muntkade (1,5 km) met een afmeting van 13 centimeter. Mars bevindt zich op het Oktoberplein (2,3 km) en is 7 cm. Vervolgens komt Jupiter (1,4 m groot) net iets ten westen van De Meern op 7,8 km afstand. Bij Woerden ongeveer (14 km afstand) ligt Saturnus (1,2 m groot). Uranus ligt dan bij Reeuwijk op 29 km afstand en is 50 cm groot. Neptunus ligt bij Zoetermeer (45 km) en is ook 50 cm groot, en tot slot ligt de dwergplaneet Pluto op de Scheveningse pier (59 km) en is 2 cm groot. (Wikipedia)

De Oortwolk en de Kuipergordel vergeten we maar even. Die schijnen om de zon te draaien op een afstand van 50.000 tot 100.000 Astronomische Eenheden (1 AE is de afstand Zon-Aarde). En dan hebben we het over ons kleine zonnestelsel met die heel middelmatige zon.

De dichtstbijzijnde ster is Proxima Centauri. Die staat ruim 40.000 lichtjaar van ons af.

Buitenaardse beschavingen? Natuurlijk. Ontelbaar. Maar we zullen elkaar niet makkelijk kunnen vinden. ‘T is een waanzinnig heelal waarin we leven.