Licht is het tegenovergestelde van zwaar maar ook van donker. De dingen worden lichter als je je licht er over laat schijnen, als je ze in de openbaarheid brengt. Duisternis is zwaar en log; er is geen beginpunt voor verandering als je geen hand voor ogen ziet. Zwaarmoedig is log, lichtvoetig sprankelt. Binnenin is alles precies zo zwaar of licht als je het maakt.
Gewicht. Evenwicht is gelijk gewicht. Even zwaar. Wat het zwaarst is moet het zwaarst wegen. Als de dingen in evenwicht zijn is het lastig kiezen.
In werkelijkheid ben je nooit in balans maar balanceer je, beweeg je je om de balans heen. In balans ben je hoogstens een fractie van een seconde. Het is het zoeken en niet het vinden waar het om gaat.
Je kunt ook zelf evenwichtig zijn. Dan sla je noch naar de ene noch naar de andere kant door. En loop je minder het risico dat je de dingen -binnen of buiten- onhandig of verkeerd aanpakt. Maar de ene of de andere kant van wat? Iemand die evenwichtig eet kan desondanks heel onevenwichtig zijn in zijn uitgavenpatroon. En je hebt natuurlijk het onderscheid tussen de denkers en de doeners, de nerds en de kunstenaars, de rationele mensen en de gevoelsmensen.
Als allerlei gedachten voortdurend door je hoofd razen kun je je aandacht richten op de beweging van de adem, op het rijzen en dalen van je buik, op de beweging van je onderrug. Observeren waar de adem komt (en niet komt). Dan verstilt je denken als vanzelf. Het richten van je aandacht op datgene waar je normaliter je aandacht niet op richt brengt evenwicht.
Als je op de evenwichtsbalk naar links dreigt te vallen moet je naar rechts proberen te leunen. De dingen tegenovergesteld, andersom doen herstelt het evenwicht.
Tegen iets vechten helpt meestal niet; doe het gewoon andersom!