Nu is het enige moment waarop je iets kunt doen, kunt handelen. Gesteld dat dat kan. We zijn gewoontedieren. Al te vaak is er iets in ons dat voor en met ons handelt. Wat doen we nu zelf? Denk niet aan een aap! En daar ga je al weer.
Iets willen doen begint met een beeld. Op dat beeld kun je lang (een leven lang) of kort (een fractie van een seconde) broeden maar dat beeld is het begin van je handeling. Het kan zijn dat je uitdrukking aan iets wil geven, iets wil veranderen, iets wil bereiken of wat dan ook. Als alles tot in de details naar wens is valt er niets te doen. In het beeld dat aan het begin staat zit een richting, een ‘Ziel’ (doel). Dat beeld is altijd ook een persoonlijke uitdrukking.
Het omzetten van dat beeld in handeling is iets ‘magisch’; uiteindelijk weten we niet wat we doen, hoe en waar we het doen en waarom we het doen. We hebben er hooguit een idee (beeld) van. De toetsen die ik aansla om deze woorden ergens op een computer ergens in het internet te krijgen bestaan uit moleculen die uit atomen bestaan die uit nog kleinere ‘deeltjes’ bestaan enzovoorts. De theoretische fysica breekt zich daar al decennia het hoofd over. En dat is dan ‘stof’. Aan ‘geest’ zijn we nog nauwelijks toegekomen. We hebben geen idee.
Of het beeld klopt kun je in principe zien aan de gevolgen, de resultaten. Ook dat ligt ingewikkeld want sommige gevolgen beschouw je misschien als ’toeval’ en de gevolgen die je wel ziet kunnen heel andere oorzaken hebben. En misschien was het beeld prima maar de omzetting in ‘een handeling’ beneden peil. Maar je hebt weinig keus; hoe kom je er anders ooit achter of je het bij het rechtere eind hebt? Kijkend naar de gevolgen kun je het beeld (van de handeling) verfijnen.
Je moet dus wel iets doen. Met beelden alleen kom je nergens.